tBe here NOW – Word weer kind
Een kind geniet van de kleinste dingen en is verwonderd over alles. Deze fase duurt ongeveer tot ze acht zijn, las ik ergens. Daarna wil het ‘doen alsof het alles weet’ en dus volwassen zijn. Jep, dat is wat er gebeurt. Soms, met een mooie regenboog of zonsondergang, zijn we nog verwonderd. Dit is ALS we genoeg in het ‘nu’ zijn om hem te zien. De ratrace die velen van ons vangt, haalt ons uit het nu en in de to do’s.
Dus een kind geniet van het leven in zijn puurste vorm. Als we nu soms eens zouden kunnen terug gaan, lijkt leuk, nee? Dat was mijn ambitie toen ik zei: “gaan we in het bos in de plassen stampen?”. Ik kreeg ze ook enthousiast – zo vaak stel ik dat niet voor, weet je. We doen dus onze ‘ravotkleren’ en botjes aan en vertrekken.
De eerste plas naast de auto is al raak. Zij springen en ik spring ook. Zo een ongelooflijk vrij gevoel! En we wandelen verder, op zoek naar plassen zo van ‘wow, kijk die daar’, ‘amaai dat was hard’ etc. Zalig. Ondertussen geniet ik van de rust (buiten ons dan) van het bos en de schoonheid van de bomen en alle blaadjes boven ons. Het is wat donker, stil en we zien amper andere mensen.
Onderweg verkennen we dan ook verschillende soorten modder: hongerige modder, slijmerige modder, vuil water, … Alles passeert de revue en onze botjes. Ik hou Margootje haar hand goed vast, want in de modder vallen lijkt me teveel van het goede. We zien een stuk dieper in het bos een kamp en gaan ernaar toe. Het leek een echte ontdekkingstocht, Lieze vond het superspannend en Margo hield angstig mijn handje vast. Vol verwondering eten we in het kamp onze banaan op. Eens iets anders dan thuis fruit te geven terwijl we multitasken.
Meer dan 10 soorten paddenstoelen ontdekken we op onze weg, maar geen enkele met kaboutertjes. ‘Mama toch, die wonen alleen in de rode met witte stippen, wist jij dat dan niet?’. En ik speel mee en hoor ze uit hoe het nu zit met die kabouters. Lieze vertelt al haar wijsheden vrolijk.
En op de terugweg naar de auto kwamen er nog plassen en die hebben we niet gemist :). We lopen erdoor, hand in hand en al roepend van plezier. Bodycheck: kan het nog? Ja, dan om het hardst springen en nog eens en nog eens en nog eens. Er komen mensen voorbij die glimlachen. Ik kan hun gedachten niet lezen, geen idee of we ze inspireren of ze de ziekenwagen gaan bellen of denken ‘heeft die niets beters te doen?!’.
Tot er een dame duidelijk gehaast voorbij wandelt met haar hond. Ze knikt en glimlacht ook. Als ze voorbij stapt en ziet wat een ravage we hebben aangericht aan onze kleren draait ze zich om en zegt ‘Je gaat ze mogen wassen!’. En ik glimlach om de semi-wijsheid die ik vroeger ook had. Klopt, dat wist ik op voorhand hoor, maar voor we aan die stap zijn, geniet ik van DIT moment en weet je wat: HET IS GEWELDIG. Om dat te bevestigen doe ik een supermegahardefantastische sprong in de plas. De druppels hangen op mijn gezicht en we gieren het alle drie uit.
0 reacties